Michael Mickelsonnlund
Anna van der Kruis, 6 februari 2015
Kort proza. Voor koppigheid en liefde. Een verhalenbundel voor volwassenen met pentekeningen van Suzanne Huijs.
Ze had gezegd dat hij op Bob Dylan leek. Hij had niet geweten hoe hij daar op moest reageren. Waarschijnlijk was het een compliment. Het ontvangen van complimenten was niet zijn sterkste kant. Ze zat naast hem in de metro en was zomaar tegen hem beginnen te praten. Waarschijnlijk was ze achttien. En fan van Bob.
Thuis had hij Spotify aangezet en naar Dylan geluisterd. Hij had in de donkere weerspiegeling van het raam naar zichzelf gekeken. Zijn haar hing als een wolk om zijn hoofd. Hij stelde zich voor hoe zij het aanraakte. Hoe niet alleen haar vingers, maar ook de rest van haar handen en haar polsen erin verdwenen.
Daarna kookte hij. Spaghetti met room en spek. Het was goedkoop en snel. Veel meer verlangde hij niet van zijn eten. Daarna keek hij kattenfilmpjes op internet. Een meisje van een jaar of tien sprong op een trampoline. Een rode kat veerde met haar mee. Bij het neerkomen probeerde het beest van de trampoline af te komen, maar dat lukte niet.
Het was een ledige avond. Zijn administratie was gedaan. Zijn afwas ook. Hij trok zijn jas aan een keek naar buiten. Op het bankje voor zijn flat zat zijn buurjongen. Kort zwaaiden ze. Niet veel later zaten ze naast elkaar, te kijken naar de verlichtte ramen.
Zijn buurjongen wees naar het raam waarachter hij zelf woonde. Zijn vader dronk Atlas bier. Zijn moeder streek de was. “Dat ziet er goed uit hè? Als je er geen geluid bij hoort.” De vader sperde zijn mond ver open en de moeder stampvoette. De buurjongen haalde twee blikken Atlas uit zijn jas. “Wil je er ook één?” Vroeg hij. “Mijn vader mist ze toch niet.” Achter sommige ramen gingen de lichten uit.
Meer lezen? Koppigheid en liefde is hier te koop.