De eerste weken na de uitvaart blijven mensen uit het stadje – en de omliggende dorpen – de oprit van haar ouderlijk huis volzetten met vuilniszakken, plastic tassen, meubels en dozen. Ze weten nog niet dat haar moeder dood is, dat ze nooit meer op een rommelmarkt zal staan. Haar moeder is gek op oude troep of, zo zou ze het zelf nooit zeggen: ze houdt van mooie dingen.

Jana brengt de kastjes, de tafeltjes, het speelgoed en de boeken – zonder erover na te denken – naar de stort. Ze wil nooit meer een kraam regelen, een onderhandeling doen. Nooit meer een boedelbak huren.

In oktober 2022 begon ik aan een werkplan voor mijn tweede boek. Ik schreef op waar ik me de komende jaren in vast wilde bijten, besprak dit met mijn literair agent, we benaderden uitgevers en gingen met enkele daarvan in gesprek. Ik schreef aanvragen, incasseerde afwijzingen. Ik publiceerde een hoofdstuk op Papieren Helden: De man die in een octopus valt. Probeerde bovenstaand fragment uit tijdens Winterwinkelen in de Vechtclub in Utrecht.

In mijn oorspronkelijke planning lag er nu een eerste versie. In die oorspronkelijke planning had ik, met een Letterenfondssubsidie op zak, op dit moment, al een jaar bijna full time geschreven. Het liep anders. Ik schreef zo veel ik kon – maar deed dat in afgebakende perioden, naast andere klussen, waar ik wel geld mee verdiende, naast de lobby, naast mijn leven, mijn moederschap. Er waren echt wel momenten dat ik twijfelde, of dit tweede boek er ooit zou komen.

Nu, op dit moment, ben ik eigenlijk vooral enthousiast. Over hoe dit boek mijn boek wordt, op mijn manier en mijn tempo. Hoe het zich langzaam ontwikkelt tot een wereld waar ik naar terug kan. Ik twijfel niet meer of het er komt.

Wanneer die eerste versie af is, geen idee. Of het een roman wordt of een korte verhalen bundel? Ook niet. Maar dat ik deze zomer een paar stappen ga zetten die me dichter gaan brengen bij de antwoorden op dit soort vragen weet ik wel – want na een jaar vol nee, kwam er ook een ja. Het Amartefonds kende een ontwikkelbijdrage toe. Daar ben ik ontzettend blij mee!